Waarom dit experiment?
In Nederland is behoefte om meer grip te krijgen op de werving van laaggeletterde NT1’ers. Er worden overal activiteiten opgezet, maar er is weinig samenhang, en men weet ook niet van elkaar wat er gebeurt. Met de methodiek KLASSE! kunnen organisaties al meer doen met de werving, omdat zij beter kijken naar de doelgroep, leerwensen en de vindplaatsen. Maar een KLASSE!-cursus echt goed vormgeven, vindt men nog lastig. Met het experiment zoeken we uit wat organisatoren van laagdrempelige cursussen en cursusleiders nodig hebben.
We voeren het experiment uit in drie stappen:
1. We doen onderzoek onder lopende cursussen naar succesvolle en goede voorbeelden uit de praktijk. Dat onderzoek gebruiken we om een handleiding voor coördinatoren en cursusleiders te maken, met daarin:
- een handreiking voor hoe je een effectieve cursus opzet;
- een checklist voor gerichte werving;
- gesprekstips voor het gesprek met een laaggeletterde om het onderwerp ‘eigen vaardigheden’ bespreekbaar te maken.
2. We begeleiden cursusleiders bij het gebruik van de instrumenten in proeftuinen. De gemeente Meierijstad en vier bibliotheken doen met ons mee.
3. We kijken terug: wat heeft goed gewerkt en wat kan nog beter? Ook kijken we naar het aantal doorverwijzingen naar cursussen voor laaggeletterden. Is dit gestegen door deze nieuwe aanpak?
ITTA werkt in dit experiment samen met Marian Janssen-de Goede, de ontwikkelaar van KLASSE!, Cinop, de bibliotheken Weert, Rotterdam en Flevomeer en Stichting Rozet. En we stemmen af met een focusgroep van mensen uit de doelgroep en een klankbordgroep van professionals uit het werkveld Basisvaardigheden.
Meer informatie
Petra Popma petra.popma@itta.uva.nl